Beste Tanja,

Hoe is het met je? Het is alweer een hele tijd geleden dat je vanuit je bassin met die kleine oogjes net boven het water naar me keek. Hoe keek je eigenlijk? Olijk? Minachtend? Of keek je totaal langs me heen? Met een grote geeuw toonde je je grote bek en grote tanden. Best mooi gebitje maar wel met flink wat gele plekken die me deden denken aan de zogenaamde kaaskiezen van een van mijn kinderen. ‘Die kunnen wel een poetsbeurtje gebruiken’ dacht ik.

Loom lag je in het water. Op het prikbord hingen wat druilerige kindertekeningen (subtropisch, altijd vochtig) en felicitaties voor je 25ste, 30 of 49ste verjaardag. Weet ik veel, je lag al decennia lang in dat groenige watertje. Hoe jij je daar voelde, daar kreeg ik niet echt hoogte van. Best okay was mijn indruk. Of totaal gedesinteresseerd. Je wist ook vast niet beter. Je woonde er immers al je hele leven.

Je soortgenoten maken in Afrika de meeste dodelijke slachtoffers. Bij de mensen dan. Jullie schijnen heel snel te zijn. Vertrappen mensen. Als ze niet uitkijken. Nou, daar kon ik me bij jou niet veel van voorstellen. Dat je ín en uít je bassin stommelde vond ik heel knap. Maar dat je net als je soortgenoten kon rénnen, nee dat paste niet bij je. Dat was wel leuk geweest als je af en toe een rondje had kunnen rondlopen door de dierentuin.

Lekker ’s avonds (jullie zijn eigenlijk nachtdieren geloof ik) een ommetje door het park. Even ouwehoeren bij de olifanten, gedag zeggen bij de giraffen, als geintje bij de zebra’s ongemerkt een dikke vette scheet laten. Tenminste, ik ga er vanuit dat je graag bij andere grote dieren zou willen horen. Dat zou in een dierentuin in de toekomst wel tof zijn, dat jullie ’s nachts er eens even uit kunnen. Dat je naast je publieke leven ook nog eens even echt jezelf kan zijn.

Heb je eigenlijk ooit andere dieren gezien? Of was het dag in dag uit alleen maar een van mijn soort? Anyway, dat maakt nu allemaal niet meer uit. Want hoe is het nu echt met je Tanja? Hoe kijk je terug op je leven op aarde, daar vanuit de Nijlpaardenhemel?

Dikke vette gaap!

Michel